Veel machines maken deel uit van een productieketen en zijn dus onmisbaar in je bedrijf. Om dan nog niet te spreken over de technologische ontwikkeling en de verhoogde productieritmes. Deze machines kunnen dus een ?bottle-neck? betekenen in je produktiecircuit.
Ter beveiliging hiervan heeft niet iedereen een voldoende financiële reserve of laat staan een vervangmachine. De machinebreukverzekering is hiervoor een zeer goede oplossing.
Productiebedrijven (vb drukkerij, wasserij, ?) en leasingmaatschappijen zijn zich hier wel degelijk bewust van. Een aantal voorbeelden van machines die veelal in aanmerking komen:
Transportbanden
Kranen, bulldozers, bobcats
Compressoren en generatoren
Drukpersen
Schaaf- en zaagmachines
Snijmachines
Ovens
...
Verzekerde machines: de in de inventaris beschreven en gebruiksklare machines
terwijl ze in werking zijn of stilstaan;
tijdens de verrichtingen van het demonteren, verplaatsen of opnieuw monteren, die noodzakelijk zijn voor het onderhoud, de controle, de revisie of de herstelling ervan
Te verzekeren bedragen
De nieuwvervangingswaarde d.i de prijs zonder korting van een identieke en afzonderlijke gekochte nieuwe machine + kosten van verpakking, vervoer en montage + taksen (excl terugvorderbare BTW)
Wat verzekeren wij?
De nieuwvervangingswaarde, of de prijs van de stukken en de arbeidsuren indien die lager ligt, in geval van onvoorziene en plotselinge schade door een van de volgende oorzaken:
onhandigheid, toevallige nalatigheid, onervarenheid, vandalisme of kwaadwilligheid
vallen, stoten, botsen, indringen van een vreemde substantie
materiaal-, constructie- of montagefouten of -gebreken
trillen, ontregelen, slecht uitlijnen, loskomen van delen, abnormale spanning, vermoeidheid van de materialen, doorslaan of te grote snelheid, middelpuntvliedende kracht
falen van een aangekoppelde machine, van een beveiligings- of regeltoestel
warmlopen, vastlopen door wrijving, toevallig ontbreken van smering of vloeistof, waterslag, oververhitting
ontploffing van transformatoren, schakelborden, ketels
waterstoot in zuigmachines
inwerking van de elektrische stroom tgv overspanning of spanningsval, invloed van atmosferische electriciteit
wind, storm, vorst, kruien van ijs
Enkele mogelijke uitbreidingen
diefstal, brand, bliksem, ontploffing
verzakken, verschuiving van grond
geheel of gedeeltelijke instorting van de gebouwen waarin de voorwerpen zich bevinden
overstroming, wassen van waterlopen of van ondergronds water
sprinkler-leakage (ontijdige inschakeling van een automatische blusinstallatie)
schade aan voetstukken en funderingen van de machines of aan omstaande voorwerpen
afbraakkosten noodzakelijk voor herstelling of vervanging van de verzekerde voorwerpen; kosten voor wederopbouw
kosten om verzekerde voorwerpen uit het water te halen/vrij te maken
werkzaamheden buiten de normale werkuren
inschakelen van gespecialiseerde technici uit het buitenland
versneld vervoer van wisselstukken
Uitsluitingen
Gebreken en fouten welke reeds bestonden bij het afsluiten van de verzekering
Experimenten of proeven (waarborg constructeur)
Ongevallen waarvoor een leverancier, hersteller of monteur wettelijk of contractueel aansprakelijk voor is
Het in bedrijf houden of opnieuw in bedrijf stellen van een beschadigd voorwerp, vooraleer definitieve herstelling
Schade aan verwisselbare werktuigen zoals boren, messen, slijpstenen, zaagbladen,...
Indirecte schade zoals gebruiksderving of stilleggen productie
Oorlogen, arbeidsconflicten, aanslagen,...
Schadevergoeding
De vergoeding bij gedekt schadegeval bestaat uit de betaling van alle ?normale? kosten dwz herstellingskosten (loon en materiaal) om het beschadigde voertuig te brengen tot in de staat van werking juist voor het schadegeval ("de werktoestand").
Hiervan wordt in mindering gebracht, in geval van totaal verlies:
Contractuele afschrijving voor veroudering
Waardevermindering door ouderdom of slijtage
Recuperatie van het afval of brokstukken
Vrijstelling
Ingeval van onderverzekering toepassing van de evenredigheidsregel
De afschrijving bedraagt
5% per jaar met een maximum van 50% voor de elektrische en elektronische delen
10% per jaar met een maximum van 50% voor de delen die bij normale werking onderhevig zijn aan slijtage door wrijving, schuring of rollen evenals voor de pompen, compressoren en niet-elektrische motoren